Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Ik zeide, nadat zij zulks alles gedaan had: Bekeer u tot Mij; maar zij bekeerde zich niet. Dit zag de [23]trouweloze, haar zuster Juda. 23. Alzo noemt God die van den stam van Juda, vanwege de afgoderij, waarmede zij den geestelijken band en trouw van het huwelijk, dat tussen God en hen was, evenzeer verbroken hadden als de andere tien stammen Israels, die allen bloedverwanten van Juda waren, als zijnde allen tezamen afkomstig van den patriarch Jakob; daarom worden zij zusters genoemd. Vergelijk Ezech.16:46, en Ezech.23:2,4, en alzo in het volgende.